Franca Damen, agrarisch advocaat
‘Veehouders missen een stip aan de horizon’
Tegenstrijdige regels en het gemis van een stip aan de horizon waar veehouders naar toe kunnen werken. Voor agrarisch advocaat Franca Damen zijn dat twee belangrijke zaken waaraan de overheid meer aandacht zou moeten besteden.
Nog een lange weg te gaan
Een vol Malieveld, het mislukte veevoerplan; overheid en landbouw zijn het regelmatig oneens. Vooral als het op stikstof aan komt. Op welk punt gaat het mis?
“Volgens mij is dat het ontbreken van een stip aan de horizon. Dat is voor de sector belangrijk. Op veel fronten wordt er gesleuteld aan wet- en regelgeving: stikstof, klimaat, geur, etc. Sleutelen aan één aspect kan invloed hebben op het andere aspect. Dat maakt het voor veehouders lastig om de juiste keuzes te maken.”
De stip aan de horizon is toch de kringlooplandbouw?
“De kringlooplandbouw die de minister voorstelt, is onvoldoende concreet. Het is de vraag of dit haalbaar is. Bedoelt ze een kringloop op regionaal niveau, op nationaal niveau of pakt ze er nog enkele andere landen bij? Er moet duidelijkheid komen. Dit speelt bij alle veesectoren omdat we veel exporteren; het meeste binnen Europa maar ook daarbuiten.”
De visie van Schouten op het mestbeleid helpt ook niet. In die visie wil ze de mest van intensieve bedrijven verwerken, maar in haar visie op het terugdringen van stalemissies streeft ze naar een brongerichte aanpak waarbij de mestproducten in de regio worden afgezet.
“Dat is tegenstrijdig. Hetzelfde zie je in de provincie Noord-Brabant. Het provinciebestuur wil de emissie uit varkens- en kalverstallen met 85 procent terugdringen via brongerichte stalmaatregelen. Maar brongericht en 85 procent emissiereductie zijn niet te combineren. Het slaat nergens op dat deze systemen worden geadviseerd, terwijl er nog geen systemen zijn die de gewenste doelen halen.”
Zijn overheden onhandig bij het maken van nieuwe regels of zit er toch een groot masterplan achter: het verkleinen van de veehouderij.
“Het is gewoon onhandig hoe sommige zaken aangepakt worden. Later moet je toch weer met elkaar om de tafel. Maar het zou me niet verbazen als er een verborgen politieke agenda is die de veehouderij wil verkleinen. Je kunt ook bijna niet anders dan dit vermoeden: zeggen dat de landbouw belangrijk is, maar daar niet naar handelen. Als je wilt dat de veehouderij krimpt, zeg dat dan. Dan kun je het over de invulling hebben. Maar ga in ieder geval fatsoenlijk met elkaar om.”
Rabobank schreef onlangs in haar visie dat de overheid de landbouw doodreguleert. Wat vindt u daarvan?
“Er worden door de overheid wel heel veel regels gesteld. Regels die ook afbreuk doen aan het vakmanschap van boeren. Daarom moeten we toewerken naar doelvoorschriften in plaats van middelenvoorschriften. Die omslag is zeker mogelijk, maar niet eenvoudig. Stel dat een veehouder sensoren op zijn stal heeft die aangeven wat de ammoniakuitstoot is. Mag je als veehouder nooit over de gestelde norm komen? Of wordt er gewerkt met een gemiddelde uitstoot over een dag? Of het gemiddelde van een jaar? Wanneer is iets een probleem en wanneer mag de overheid optreden? Die kaders, de gevolgen, moeten duidelijk zijn voordat je bij een doelvoorschrift kunt uitkomen. Dit staat nog los van de technische werkzaamheid. Het is daarom nog een lange weg om van middelenvoorschriften te komen tot doelvoorschriften.”
Meer informatie: www.damenlegal.com