Een consortium van betoncenctrales en partnerbedrijven zet momenteel een volgende, grote stap vooruit in de vergroening van de
sector: een betonvrachtwagen die op waterstof rijdt.
Het kost moeite en volharding, maar de eerste betonmixer op waterstof komt eraan
Betonmortelcentrale Gorkum en anderen in de branche zijn bezig met een stap in de richting van een duurzamer sector: de introductie van waterstof aangedreven betonmixers. Jos van der Velden, directeur van de centrale, vertelt over de samenwerking, de moeilijkheden en de visie achter het project. ,,Je moet zelf een stap vooruit zetten en niet wachten tot iemand anders het doet.”
Een van de aandeelhouders van de Gorkumse betonmortelcentrale, Dekker Grondstoffen, heeft volgens Van der Velden duurzaamheid van huis uit meegekregen. ,,Dekker heeft zuinig omgaan met de wereld hoog in het vaandel staan. Zo gebruiken ze al heel lang minder papier, verminderen afval en reden al vroeg elektrisch. Ze elektrificeren zelfs baggerapparatuur.”
Moraal om te verbeteren
Ook Van der Velden rijdt al lang op stroom en zoekt altijd naar mogelijkheden voor duurzaamheid. ,,Ik was enthousiast over het idee om een betonmixer op waterstof te laten rijden en kreeg uiteindelijk de helft van de bedrijven in onze branche mee om daar iets mee te gaan doen. Aanvankelijk werd het idee sceptisch ontvangen”, vertelt hij. Maar het bracht hem niet van de wijs. ,,Ik vind dat de moraal om de wereld te verbeteren de drijfveer moet zijn.” En zo kwamen de initiatiefnemers in contact met een Gronings bedrijf dat een dieselmixer om zou gaan bouwen tot een waterstof aangedreven exemplaar, maar dat werd geen succes. In de zoektocht naar een nieuwe kandidaat kwamen de initiatiefnemers terecht bij GINAF in Veenendaal, een bedrijf dat al wat ervaring had met elektrische voertuigen.
Steun Rijksoverheid
Dat alles gebeurde met steun van de Rijksoverheid, die een zogeheten DKTI-subsidie (Demonstratie klimaattechnologieën en -innovaties in transport) verstrekte. Daarmee wil de overheid innovaties in transport stimuleren. Bij het consortium zijn naast de Dekker Groep de volgende bedrijven aangesloten: Dekker Groep, Betonmortelcentrale Gorkum, Albeton, Bruil Beton & Mix, Kijlstra Betonmortel, BC Wessel (Bruil), ABC Mortel, Van der Kamp, De Hoop Betonmortel, Heidelberg Materials, De Lek Beton, GINAF en Mesken Beton & Kraantechniek.
Ombouwen betonmixer
,,Het ombouwen van een betonmixer is veel meer dan alleen het wisselen van de motor. ,,Zo moeten ook het chassis verlengd worden en een as verplaatst, moet het motormanagement anders en is het nodig dat er een accu voor piekbelasting in komt.” Niet iedereen in de sector was direct enthousiast over het Veenendaalse bedrijf. ,,Aanvankelijk waren de grote betonmortelcentrales niet zo voor omdat GINAF maar een relatief klein bedrijf is met één vestiging. Zij wilden liever een grote speler, maar het probleem is dat die er nog niet op inspringen.”
Tegenslag hoort bij innovatie
Desondanks bleef Van der Velden volhardend en wist hij de geestdrift ook op de rest van de deelnemende bedrijven over te brengen. ,, Als het moeilijk gaat dan zie je het enthousiasme verminderen, maar dat hoort bij innovatie.” Hoewel het proces niet zonder hobbels verloopt, is Van der Velden tevreden met de voortgang. Van der Velden is zich bewust van de beperkingen die waterstof momenteel nog heeft. ,,Er zijn nog niet zoveel tankstations voor waterstof en het bereik is net als bij elektrische wagens beperkt. Je kunt zo'n 200 tot 250 km rijden op een tank met 42 kilo waterstof. Het is dus vooral geschikt voor de kleinere ritten.”
Informatie delen
Het is volgens de directeur van de Betonmortelcentrale Gorkum belangrijk om de ontwikkelingen te delen met de markt. ,,Zo vertel ik onder andere tegen aannemers waarmee wij samenwerken dat we bezig zijn met deze ontwikkeling. Dat delen van informatie is belangrijk. Dat vergroot het besef dat we toch echt de kant van de duurzaamheid op moeten gaan.” Tot slot heeft hij een belangrijke les voor de toekomst: ,,Je moet echt willen veranderen. Als je alleen naar de kosten kijkt, kom je niet verder. Je moet er wel voor willen betalen. Dat zie ik als de grootste uitdaging. Maar als we doorgaan denk ik dat we over tien jaar in de hele branche 100 van de 1500 mixers hebben vervangen door wagens op waterstof.”