nieuwspagina

Buildsight: minder utiliteit, meer woningbouw.

Auteur: Betonhuis communicatie Foto: Betonhuis 27 september 2025 Laatste update 28 september 2025

De Nederlandse bouwsector staat er ondanks internationale onzekerheden relatief goed voor. Dat bleek tijdens de jaarlijkse Buildsightdag in Den Bosch. Terwijl de utiliteitsbouw onder druk staat, trekt de woningbouwproductie aan. Voor de betonindustrie betekent dit een duidelijke verschuiving in de markt: van grote utiliteitsprojecten naar woningbouw, met gevolgen voor producten, capaciteit en duurzaamheidseisen

Volgens Buildsight-directeur Michel van Eekert kromp de nieuwbouw van utiliteitsgebouwen in 2023 al, en blijft deze sector kwetsbaar. De aanhoudende handelsspanningen, onder meer door Amerikaanse importtarieven, leiden tot terughoudendheid bij investeerders. Vooral de logistieke sector merkt dat direct. Voor betonbedrijven betekent dit dat de vraag naar zware prefab-elementen en grootschalige betonconstructies in de utiliteitsbouw voorlopig onder druk blijft staan. “De krimp in de utiliteitsbouw kunnen we terug gaan zien in onze markt. Niet alleen de vraag naar prefab-elementen neemt af, denk aan trappen of vloerelementen, maar juist ook toepassingen zoals monolietvloeren en terreinverhardingen staan dan onder druk”, aldus adviseur Remco Kerkhoven. 

Woningbouw als groeimotor

Daar staat tegenover dat de woningbouw in 2025 en 2026 juist sterker aantrekt. Buildsight verwacht een verdere stijging van de investeringen in woningen, mede doordat bouwcapaciteit verschuift van utiliteit naar woningbouw. “Gezien de krapte op de arbeidsmarkt zijn woningbouw en utiliteitsbouw communicerende vaten,” aldus Van Eekert. “Als utiliteit terugloopt, komt capaciteit vrij voor woningbouw.” Kerkhoven vult daarop aan: "voor betonproducenten is dit goed nieuws: woningbouwprojecten vragen grote volumes aan prefab vloeren, wanden, funderingen en infrastructuur rondom nieuwbouwwijken. Prefab en seriematige productie worden belangrijker dan ooit. Voor de betonmortelsector liggen er kansen in de infrastructuur."

“Voor de betonindustrie is het een periode van verschuiving en kansen. Terwijl de utiliteitsbouw onder druk staat, ontstaat er in de woningbouw en bij infrastructurele projecten ruimte voor groei. Bedrijven die hun productie flexibel kunnen inzetten en tegelijk inzetten op duurzame oplossingen, staan sterker in de markt.”
Remco kerkhoven, adviseur Betonhuis

Vooruitblik 2026: gematigd positief

Kerkhoven onderzocht ook andere bronnen. ING, ABN AMRO, Rabobank en het EIB bevestigen het beeld: de totale bouwproductie groeit in 2026 naar verwachting met zo’n 1,5 tot 2%, na twee krimpjaren. Het herstel is fragiel, maar positief. Voor de betonindustrie betekent dit een lichte groei in volumes, met een accent op woningbouw. Regionaal kan dit leiden tot extra druk op transport, personeel en leveringscapaciteit. "Bijna alle politieke partijen hebben woningbouw als speerpunt in hun programma opgenomen. Hoe de uitslag van de verkiezingen ook zal verlopen, het segment woningbouw zal de aanjager van de economie worden. De extra capaciteit die vrijkomt uit de utiliteitssector is dan meer dan welkom."

Duurzaamheid als factor

Meer woningbouw betekent ook meer aanbestedingen waar duurzaamheidseisen centraal staan. Eisen rond Milieukostenindicator scores, circulariteit en CSC-certificering (BREAAM) worden steeds vaker toegepast. Betonbedrijven die nu al investeren in circulaire toeslagmaterialen, CO₂-arme bindmiddelen en certificering, zetten zich sterker in de markt en vergroten hun kans op woningbouwprojecten. "Het Betonakkoord speelt hierin een sleutelrol. De recent vastgestelde plafond- en koploperwaarden voor CO₂-impact en MKI bieden concrete richtlijnen voor verduurzaming. Deze waarden worden periodiek aangescherpt en stimuleren betonproducenten om hun processen te optimaliseren en circulaire oplossingen te integreren", aldus Kerkhoven. Deze ontwikkelingen onderstrepen dat duurzaamheid niet alleen een verplichting is, maar ook een kans voor betonbedrijven die zich willen profileren in de groeiende woningbouwmarkt.

Conclusie

De betonindustrie moet zich de komende jaren voorbereiden op een markt waarin woningbouw de motor is, utiliteitsbouw onder druk staat, en duurzaamheid mogelijk de doorslag geeft bij gunning. Wie tijdig inspeelt op prefab, circulaire innovaties en flexibele capaciteit, kan in 2026 profiteren van een gematigd groeiende markt verwacht Kerkhoven op dit moment.

Remco Kerkhoven
Contactpersoon
Remco Kerkhoven
Adviseur Marketing, CSC, Communicatie, Statistiek, Public Affairs
0613049978