De bouw voelt de negatieve gevolgen van alle problematiek
De gevolgen van de stikstof- en PFAS-problematiek werken nog even door in de bouwsector, maar het herstel komt eerder dan verwacht. Dat is de conclusie van de nieuwste bouwprognose van Buildsight. De uitbraak van het coronavirus verstoort de eerdere verwachtingen van groei van de wereldeconomie. Voor de Nederlandse economie voorziet het Centraal Planbureau (CPB) vooralsnog een groei van 1,4 procent.
De afname van de groei van de Nederlandse economie is vooral het gevolg van het inzakken van de groei van de investeringen. Daarbij spelen de PFAS- en stikstofproblemen een niet onbelangrijke rol naast de aanhoudende krapte op de arbeidsmarkt en de onderuitputting van overheidsbudgetten. Eventuele effecten van een verdere verspreiding van het coronavirus zouden daar nog bovenop komen. “De bouwsector lijkt tot nu toe weinig negatieve gevolgen te ondervinden van het virus. Hopelijk kan dat met de nodige voorzorgsmaatregelen zo blijven, want die afname van de investeringsgroei remt de boel al genoeg af”, zegt Michel van Eekert, directeur van het marktonderzoeksbureau.
Krimp nieuwbouwproductie
Hoewel de regering al de nodige stikstof- en PFAS-maatregelen heeft genomen is het onvermijdelijk dat de bouwsector dit jaar de negatieve gevolgen ondervindt van alle problematiek. Het gat dat is ontstaan in de voorbereiding en vergunningverlening van nieuwe bouwprojecten kan door bouwbedrijven namelijk niet meer overbrugd worden met het temporiseren van het onderhanden werk. De verwachte krimp van de nieuwbouwproductie wordt voor een deel opgevangen door groei van de bouwproductie ten behoeve van onderhoud en renovatie, waardoor er per saldo sprake zal zijn van stagnatie. De productie binnen de grond-, water- en wegenbouw wordt het hardst getroffen, maar ook de woningbouw krijgt klappen. In vergelijking met de andere bouwsegmenten vallen de gevolgen voor de utiliteitsbouw, met uitzondering voor de stallenbouw, mee. Vooral de kantorenbouw zien we de komende jaren gestaag verder groeien. De huidige groei van de vergunningverlening voor de bouw van nieuwe kantoren ondersteunt deze verwachting.
Herstel vergunningverlening
De laatste voorlopige cijfers van het CBS met betrekking tot de vergunningverlening voor de bouw van nieuwe woningen en utiliteitsgebouwen in de laatste twee maanden van 2019 laten een voorzichtig herstel zien. De totale bouwsom van de in oktober verleende nieuwbouwvergunningen was al de hoogste sinds oktober 2018. In november en december 2019 lag de vergunningverlening iets boven het niveau van dezelfde maanden een jaar eerder. Omdat de vergunningverlening in oktober – zoals Buildsight al verwachtte – nog daalde, komt dit herstel niet tot uiting in de kwartaalgegevens van het CBS.
Hoge woningproductie
Begin 2020 is het woningtekort opgelopen tot meer dan 300.000 woningen, ondanks dat er fors wordt gebouwd. Volgens Buildsight zijn er in 2019 circa 69.250 nieuwbouwwoningen gebouwd. Dat is het hoogste aantal van hat afgelopen decennium. Daar komen nog circa 10.000 transformatiewoningen bij. Maar het aantal huishoudens groeide harder. Alleen als er meer transformatiewoningen en tijdelijke woningen bijkomen, zal het gezien de lagere woningbouwproductie de komende jaren mogelijk zijn om de regeringsambitie van 75.000 extra woningen per jaar te realiseren.
Goede vooruitzichten
Voor de wat langere termijn zijn de vooruitzichten voor de bouwsector echter goed. Het herstel zet eerder in dan verwacht. Van Eekert: “Omdat het dieptepunt in de vergunningverlening als gevolg van stikstof en PFAS minder diep én eerder bereikt lijkt te zijn dan eerder verwacht, zal de woningbouwproductie ook minder ver inzakken. En iets eerder op kunnen veren. De productie van 61.000 woningen in 2020 lijkt haalbaar en dat is meer dan we eind 2019 nog dachten. Al in 2021 verwachten we weer een lichte groei van de woningbouwproductie.”
Contactpersoon Betonhuis
Remco Kerkhoven, stuur een e-mail