Betonindustrie wordt geraakt door sterk stijgende prijzen
De Nederlandse betonindustrie wordt net als andere industrieën in Europa, geconfronteerd met een tekort aan grondstoffen, stijgende kosten voor Europese emissierechten en daardoor met prijsstijgingen.
De Covid-19 pandemie heeft geleid tot leveringsbeperkingen van belangrijke grondstoffen voor het maken van beton. Door het snelle herstel van bepaalde markten in de wereld en de toenemende vraag, zijn prijzen van o.a. olie-, staal- en hout-gerelateerde producten exponentieel gestegen. Daarnaast wordt voor zand en grind verwacht dat de verkrijgbaarheid moelijker wordt. Dit komt door het ontbreken van vergunningen voor toekomstige winning. Ook de verminderde beschikbaarheid van circulaire producten zoals hoogovenslak en poederkoolvliegas speelt de industrie parten. “Door deze situatie komen de prijzen voor beton onder druk te staan en ontkomen ondernemingen er ook niet aan de prijzen aan te passen.” verwacht Ron Peters, directeur van de branchevereniging.
CO2-emissierechten
Betonhuis constateert ook dat de prijs voor CO₂-emissierechten in het European Trading System (ETS) maar blijft stijgen. Inmiddels liggen die prijzen op een dusdanig niveau dat dit een groot effect zal hebben op de kosten van beton. Daarnaast heeft de industrie nog steeds te maken met laagwaterproblematiek en verhoogde brandstofprijzen. Dat al deze effecten van invloed zullen zijn op prijzen laat zich raden, aldus Peters. Te constateren valt ook bij leveranciers van bouwmaterialen dat zij hierdoor offertes afgeven met een steeds kortere geldigheidsduur, hetgeen het er niet gemakkelijker op maakt.